Authenticiteit, als je dat hardop noemt als een van je merkwaarden, dan doe je het verkeerd. Hoezo dan? Als je heel hard roept dat je authentiek bent, dan is dat net als met ‘rebels’: 100% zeker dat je het niet bent. Authenticiteit kan je niet forceren; het is een staat van zijn die begint bij weten wie je bent en waar je voor staat. En als je dat op orde hebt, dan kan het onuitgesproken blijven en tóch bij iedereen bekend zijn.
Maar, dit 'zijn-maar-niet-zeggen' is niet het enige problematische aan authenticiteit. Het gaat namelijk ook om de beleving. Een voorbeeldje? Als we het hebben over authentieke pannenkoeken, dan kan dat voor mij maar één ding betekenen: de exemplaren die mijn moeder vroeger op woensdagmiddag bakte (een hit onder de schoolvriendjes). Maar misschien is het er voor jou wel een uit de supermarkt of van dat ene leuke pannenkoekenrestaurant in de buurt.
En toch gaan we het deze hele blog hebben over authenticiteit. Wat het dan wél is en hoe je het wél kan zijn, zonder het van de daken te schreeuwen.
Authentiek zijn in de digitale tijd
Sinds de opkomst van de massacultuur na de Tweede Wereldoorlog houden we ons bezig met authenticiteit. Dat begon vooral in de kunst, omdat alles gereproduceerd kon worden. Nu weten we niet beter, natuurlijk, maar destijds was het nogal een omslag, dat zaken en masse in de fabriek geproduceerd konden worden. Jean-Paul Sartre schreef: “If you seek authenticity for authenticity’s sake, you are no longer authentic.” Een uitspraak die nu, in een tijd met ontelbare merken, boodschappen en (digitale) toegankelijkheid daartoe, meer geldt dan ooit. Wat is eigenlijk nog echt authentiek, eigen en uniek?
Het Pepsi-effect
Als je echt gaat kijken naar wat ervoor zorgt dat een merk als authentiek wordt gezien, dan komt het vaak neer op betrokkenheid en oprecht zijn. Een beetje lastig te grijpen soms, en vooral voor grotere merken een uitdaging. Een leuk voorbeeld van hoe zoiets helemaal mis kan gaan zien we bij Pepsi. Die frisdrankgigant sloeg namelijk de plank flink mis in 2017. De ‘Black Lives Matter’-protesten waren in volle gang, de #MeToo-beweging zou een paar maanden later losbarsten, en Pepsi dacht met een kekke commercial te kunnen scoren.
In het filmpje staan protestanten tegenover de politie, de sfeer is gespannen. Influencer Kendall Jenner is toevallig op locatie voor een fotoshoot. Haar pruik zet ze af, en in haar gewone-mensen-outfit loopt ze tussen de protestanten door en geeft een blikje Pepsi aan een agent. Klinkt allemaal onschuldig en misschien zelfs aandoenlijk, maar authentiek is het niet. Zowel miljoenenmerk Pepsi als Kardashian-ster Jenner hadden nul associatie met de protesten. Ze hebben immers helemaal geen band met de doelen van de demonstranten, en geen oprecht gevoel bij hun problemen. De consument prikte er dan ook snel doorheen: een slaatje slaan uit het politieke klimaat? Shame on Pepsi: om de schade te beperken was de advertentie binnen 24 uur ingetrokken.
Oprechte merken, echte idealen
Scheermesjesmaker Gillette lukte het juist wél met de ‘The Best Men Can Be’-film, die inging op de actualiteit van toxic masculinity, #METOO en ongelijkheid. Deze raakte precies de goede snaar: de campagne leunde sterk op de eigen positionering (‘The Best A Man Can Get’), maar het merk nam ook een kritische noot op naar zichzelf. Ook op hen was kritiek, maar die ging vooral over de prijs van scheermesjes voor dames die aanzienlijk hoger ligt. Gillette lijkt als merk dus geloofwaardig te zijn. De zorg en verantwoordelijkheid worden gezien als oprecht. Gillette werd met deze video een merk met een standpunt, dat een serieus onderwerp aan durfde te kaarten en bovendien de hand in eigen boezem stak. Daar zit het verschil.
Het draait dus om een match tussen wie jij bent, je klant en je onderwerp om zo’n social campagne te laten slagen. Nike deed het bijvoorbeeld ook goed, met de campagne waarin protesterende American footballer Colin Kaepernick de ster was. Kaepernick ging als protest tegen de rassenongelijkheid op één knie zitten toen het Amerikaanse volkslied voor een wedstrijd gespeeld werd. President Trump en veel conservatieve Amerikanen waren hier woest om en Nike koos er bewust voor om daar tegenin te gaan met de slogan: ‘Believe in something. Even in if it means sacrificing everything'. Het merk heeft ook een lange geschiedenis waarin het zich schaart achter de underdog. Het gevolg was te gek voor woorden. Honderden Amerikanen plaatsten video’s, waarin ze hun sneakers verbrandden (een enkeling zonder ze uit te trekken) en riepen op om Nike-aandelen te verkopen (#DumpNike). Nooit meer zouden ze Nikes kopen. Risico? Misschien wel, maar Nike vond ook nieuwe klanten die zich vooral identificeren met waar het merk voor stond. Authenticiteit betekent nu eenmaal keuzes maken die horen bij wie je bent.
Geen geheimen, maar menselijkheid.
Je kan op meer manieren authentiek zijn. Apple zal altijd om innovatie draaien, dat is wie ze zijn. Maar die identiteit maak je niet zomaar eigen, het vereist ook een stuk transparantie, laten zien wat je doet en bewijzen dat je dit echt bent. Dat betekent ook laten zien wat fout gaat, wat niet altijd even prettig is... Toch kunnen die juist je grootste kracht worden, en stepping stones naar grootsheid voor je merk. Zonder de acht kilo zware, dubbel-vuistdikke Macintosh Portable (één van de ‘worst tech products ever’ volgens PC world) zouden we nu geen MacBook hebben.
Ook outdoormerk Patagonia is een voorbeeld van een merk met een lange weg van fouten achter zich. Toch bleven zij bouwen aan het versterken van hun merk. Toen bijvoorbeeld ontdekt werd dat er misstanden waren in fabrieken, werd The Footprint Chronicles opgestart, een project om producten geheel traceerbaar te maken. Nog veel bekender natuurlijk is de ‘Don’t Buy This Jacket’-advertentie, waarmee het merk recyclen en repareren promoot als ‘a radical act’. Het mission statement van Patagonia is ’Build the best product, cause no unnecessary harm, use business to inspire and implement solutions to the environmental crisis.’ Die werd in 2019, onder de regering Trump, waar het merk zich ook tegen verzette, nog verder aangescherpt tot 'We’re in business to save the planet'. Een statement dat niet alleen goed klinkt in de tijd van klimaatnood, maar vooral onderstreept waar Patagonia als merk al jaren in investeert.
Corporate responsibility en jouw merk
Denk je bij het lezen van deze blog: leuk, die voorbeelden, maar ik wil een to-do-lijstje? Dan hebben we slecht nieuws. Authenticiteit is namelijk eigen en uniek, en kunnen we je dus niet zomaar op een schaaltje presenteren. Maar, niet getreurd: we hebben wel een ander lijstje voor je.
Een lijstje met wat we geleerd hebben van bovenstaande merken:
Bedenk waar jouw merk voor staat door heel diep in een spiegel te kijken en je bevindingen vast te leggen in een statement. Durf daarin ook krachtige taal te gebruiken. Die van Patagonia weet je nog.
Practice what you preach, dus echt actie ondernemen en niet alleen roepen of de schijn ophouden. Die fout maken zelfs de grote jongens en kan je reputatie flink schaden. Geen Pepsi-effect dus!
Durf offers te brengen voor je idealen. Ergens voor staan betekent keuzes maken, ook in klanten. Sommige Amerikanen kopen geen Nikes meer en dat vindt Nike prima.
Geef je fouten toe, laat zien wat je ermee doet en maak jouw leerproces er een van groei. Dat deed Gillette met hun film en Patagonia met hun fabrieken.
Laat je overtuigingen je leiden en durf voorbij je eigen domein te stappen. Echte leiders volgen niet. Dat is de les van Apple, maar ook van elk ander merk dat industrie-initiatieven start.
Ontdek jouw authentieke zelf
Dus, klaar om uit te vogelen wat jouw merk bijzonder en authentiek maakt? Een identiteit maken, dat gaat niet, maar je kan hem wel vastleggen en tot uiting brengen. Soms heb je iets meer nodig dan een spiegel, GI bijvoorbeeld. Wij duiken graag diep in merken om te zien waar het echt om draait. Geen speeddates, maar diepgaande gesprekken. Laat het ons weten als jij daar klaar voor bent, via info@gi.nl